De specialist ouderengeneeskunde heeft regelmatig te maken met patiĆ«nten in de palliatief-terminale fase. Een goed beleid biedt zoveel mogelijk palliatie voor de klachten van de patiĆ«nt. Dit beleid kan ook, zonder inzet van middelen en methodieken die in de klinische setting voorhanden zijn, uitgevoerd worden wanneer het niet meer wenselijk of mogelijk is om een patiĆ«nt in te sturen naar het ziekenhuis. Van groot belang is de eigen kennis en kunde van de specialist ouderengeneeskunde, en die behoort up-to-date te zijn, zeker op het gebied van de palliatieve zorg. Dit geldt zeker ook voor de kennis over de diagnostiek en het beleid bij belastende symptomen als diarree, loze aandrang en tenesmi ā symptomen die een ernstige lijdensdruk en schaamte met zich kunnen meebrengen voor patiĆ«nten met een matige en kwetsbare conditie. In een dergelijke situatie mag een snel en accuraat optreden verwacht worden. Aan de hand van de inhoud van deze cursus kan de specialist ouderengeneeskunde vragen en problemen op dit gebied op deskundige en effectieve wijze tegemoet treden.